Een grijsgelokte oude jager
Kwam 's morgens van de jacht terug
Een lieve meid, naar schatting 30 lentes
Ontmoette hij daar bij de brug

Refrein:
2 Reebruine ogen, die keken de jager aan
2 Reebruine ogen, die hij niet vergeten kan
2 Reebruine ogen, die keken de jager aan
2 Reebruine ogen, die hij niet vergeten kan

Zij wilden saam' wat af gaan spreken
Doch nauwelijks waren zij vereend
Toen moest zij weg, naar 't verre 's Gravenhage
Ver weg en hij heeft zo geweend

Refrein

En weder ging ter jacht de jager
Ontmoette toen een schuwe ree
Hij wilde op dat ed'le dier gaan schieten
Legd'an, maar schudde toen van nee

Refrein
2 Reebruine ogen